16 sep 2020 | Eten

5 x waar ik op let in mijn eetpatroon als sporter

Twee weken geleden heb ik al gedeeld dat ik op dit moment bezig ben om aan te komen. Door het vele sporten ben ik wat afgevallen en voor mijn lichaam is het gezonder om wat kilo’s zwaarder te zijn. Hoe pak ik zoiets aan? Vandaag deel ik in ieder geval 5 aandachtspunten in mijn eetpatroon als sporter.

1. Structuur

Ten eerste houd ik veel rekening met structuur. Waar ik eerder heel vrij was met eten, probeer ik nu iets meer te plannen. Dat klinkt misschien niet ideaal, maar het is nu wel belangrijk. Ik zorg dat er altijd ontbijt of lunch in huis is. Voorheen kon ik dat weleens vergeten en dan kwam het dus ook voor dat ik hierdoor een maaltijd miste. Dit zorgt uiteindelijk weer voor honger later op de dag of een heel onregelmatig eetpatroon. Dit is niet alleen voor het sporten minder handig, maar ook voor mijn humeur. Ik zorg er dus ook voor dat ik structureel eet, zelfs als ik geen trek heb. Wat mij betreft is dit een van de belangrijkste punten in mijn eetpatroon als sporter.

2. Niet zwart-wit, maar grijs

Eerder heb ik al eens geschreven over het zwart-wit denken rondom voeding. Dat uitte zich bijvoorbeeld in een contrast tussen het weekend en de doordeweekse dagen. Als ik op een zaterdag al ”minder gezonde producten” had gegeten, kon ik maar beter op die dag alles eten wat minder gezond was. Nu mag het, dus nu moet het. Hierdoor werd mijn eetpatroon ”alles of niets”. Nu zorg ik ervoor dat dit minder in contrast is. Iedere dag sta ik mezelf toe om minder ”gezonde” producten te kiezen. Het liefst praat ik niet in termen van gezond en ongezond. Ik geloof heel erg in (cliché misschien): alles met mate. Ik vind het overigens wel prettig dat ik in de basis producten kies met veel goede voedingswaarden.

3. Extra’s

Nu ik wat kilo’s erbij moet eten, betekent dat ik extra moet eten. Dus bovenop mijn dagelijkse maaltijden eet ik tussendoor meer. Op dit moment vind ik dat het gemakkelijkst aan het eind van de dag. Na het avondeten kies ik dan voor een grotere snack, zoals dadels met pindakaas, noten, pure chocola, kwark, een plak bananenbrood met pindakaas of een combinatie daarvan. Verder probeer ik iets meer van de volle producten te eten, zoals kaas, avocado, veel noten en pindakaas. Dit zijn dingen die ik altijd al graag eet, maar nu eet ik ze nog net iets meer én vaker.

4. Aanvullen na sport

In mijn eetpatroon als sporter is het natuurlijk heel belangrijk om goed aan te vullen na een fysieke inspanning. Na het hardlopen of wielrennen probeer ik dus meteen mijn tekorten weg te werken. Het liefst gebruik ik hiervoor producten met veel eiwitten. Dit kan in de vorm van een shake, een reep of een extra grote maaltijd.

5. Alcohol

Dit is misschien geen voeding, maar toch sluit het wel aan bij mijn eetpatroon als sporter. Ik ben dol op wijn. En hoewel ik altijd met veel plezier een flesje wijn openmaak, merk ik ook steeds vaker de keerzijde ervan. Ik slaap slechter, het heeft invloed op mijn trainingen en ik voel me ook vaak minder prettig over mezelf de volgende dag. Hierdoor ben ik veel bewuster gaan nadenken over alcohol. Voor mij betekent dit niet dat ik helemaal niet meer drink, maar wel minder vaak dan voorheen. Ik kies nu veel bewuster wanneer ik wel en wanneer ik niet een glas wijn inschenk. Dit helpt mij ook weer in het creëren van meer zelfliefde en het goed zorgen voor mijn lichaam.

Waar let jij op in jouw eetpatroon als sporter?